Van veel mensen hoor ik dat ze zo ‘in hun hoofd zitten’. Wist je dat dit een beschermingsmechanisme is? We leren al jong om pijnlijke gevoelens te vermijden en schakelen naar gevoelens die gemakkelijker hanteerbaar zijn of gaan in ons hoofd leven. Maar hierdoor ga je uit verbinding met jezelf en stagneert je energie. Wil jij jezelf zekerder en krachtiger voelen? Dan is het essentieel om je ‘moeilijke’ emoties te onderzoeken. Hierbij is het van belang het onderscheid te kennen tussen helende (primaire) en belastende (secundaire) emoties.
'Moeilijke' emoties bevatten waardevolle informatie
Ieder mens kent emoties als boosheid, angst, verdriet, eenzaamheid. Deze pijnlijke emoties ontstaan als we niet gezien worden, gekwetst worden, ons niet veilig voelen, onrecht ervaren, etc. Maar deze emoties vinden we niet prettig. We willen ze liever niet voelen en zijn niet gewend om ze te onderzoeken. Zeker niet als het gaat om ‘moeilijke’ emoties.
Vaak hebben we al jong geleerd om weg te gaan van pijnlijke emoties. Maar hierdoor verliezen we de verbinding met onszelf en met onze levensenergie. Met als gevolg: langdurige, belastende emoties.
Deze ontstaan door een verstoorde relatie met je lichaam, het niet volledig toelaten van je emoties en veel in het hoofd leven.
Het zijn niet zozeer de emoties die moeilijk zijn, maar de manier waarop we ermee hebben leren omgaan. De emoties zelf bevatten waardevolle informatie.
‘Moeilijke’ emoties: boodschappers van je behoeften en verlangens
Als kind kunnen we het gedrag van de mensen om ons heen nog niet goed plaatsen. Ook bepaalde gebeurtenissen of omstandigheden komen ongefilterd binnen. Een kind mist overzicht, heeft nog geen persoonlijke grenzen en neemt alles persoonlijk. Het heeft nog niet de vaardigheden om iets zinvols met emoties te doen.
Zo ontwikkelen we overlevingsmechanismen. We duwen pijnlijke emoties weg en schakelen naar gevoelens die gemakkelijker te hanteren zijn. Op deze manier beschermen we ons voor de pijnlijke gedachte dat er iets mis met ons zou zijn.
Maar hierdoor krijgen we niet wat we nodig hebben. Onze diepste emoties zijn namelijk verbonden met onze diepste verlangens; dat wat we nodig hebben om ons goed te voelen en tot ons recht te komen.
Het is dus belangrijk om je ‘moeilijke’ emoties onderzoekend te benaderen en te doorvoelen. Dan kun je plek innemen en uitdrukking geven aan je diepste verlangens.
Hierbij is het belangrijk om het verschil te herkennen tussen helende (primaire) en belastende (secundaire) emoties.
Primaire emoties
Primaire emoties (blij, bedroefd, boos, bang) komen direct voort uit een bepaalde gebeurtenis. Het zijn oorspronkelijke, onvervalste innerlijke reacties in het hier en nu. Ze zetten je aan tot actie of geven aan dat je een stapje terug moet doen. Ze kunnen prettig of onprettig zijn. Bijvoorbeeld blij zijn door een mooie ontmoeting of verdrietig zijn omdat een dierbaar iemand ziek is of is overleden.
Als primaire emoties onprettig zijn, willen we ze liever niet voelen. Toch is het goed voor je om ze toe te laten. Ze maken schoon van binnen en hebben een helende werking. Andere mensen voelen de echtheid van een primaire emotie en dit geeft verbinding.
Een primaire emotie is heftig en kortdurend. Het is energie die door ons lichaam beweegt en 10 tot 90 seconden duurt. Een emotie die niet helemaal doorvoeld wordt, bevriest. Dit wordt een blokkade in het lichaam, ofwel een secundaire emotie.
Secundaire emoties
Een secundaire emotie ontstaat wanneer een primaire emotie onderdrukt, ontkent of weggeredeneerd wordt. Het is een beschermingsmechanisme om de oorspronkelijke pijn niet te voelen, die te heftig en te groot was. We gaan weg van de pijn door uit het lichaam te gaan en in het hoofd te gaan leven.
Voorbeelden van secundaire emoties zijn vage onrust, ontevredenheid, boosheid, frustratie, klagen, vlakheid, verdoving, eenzaamheid, depressieve gevoelens, etc. Ze kennen veel varianten, die met elkaar gemeen hebben dat ze je zelden brengen wat je nodig hebt en niet leiden tot verbinding.
De vervangende emoties zijn langdurig; ze kunnen weken, maanden, jaren, soms een leven lang aanhouden. Ze maken niet schoon van binnen. Ze helen niet. Ze bedekken slechts.
Iemand die als kind geleerd heeft om zijn of haar primaire emotie in te slikken, communiceert vaak vanuit secundaire emoties. Daarbij zijn de ogen meestal gesloten (innerlijk wordt er een een oude film afgedraaid).
Secundaire emoties leiden tot gedragspatronen als scherp of wantrouwend worden, claimen, beschuldigen, drama-queen-achtig gedrag, de clown spelen, perfectionisme, zeuren, klagen, mokken, terugtrekken. Of juist verstandig zijn, voorál redelijk blijven en alles beredeneren.
Anderen voelen aan dat de emotie niet klopt met de huidige situatie, alsof er als het ware een laagje tussen zit. Het zuigt energie en vaak roept het irritatie bij je op als iemand vanuit een secundair gevoel communiceert.
Het is nooit onwil om een primaire emotie
niet te willen voelen, het is de onmacht van een jonger deel van jezelf.
Emotionele verwerking
Onze oorspronkelijke emoties kunnen vervormd raken door omstandigheden, het gedrag van de mensen uit onze omgeving en beschermingsmechanismen. Secundaire emoties zijn een verstrengeling tussen het verleden, heden en de toekomst. Om het verleden achter je te laten en krachtiger in het leven te staan, is het nodig om een situatie emotioneel te verwerken. Met alleen inzicht of begrip, verwerk je iets maar gedeeltelijk. Het toelaten en doorvoelen van de primaire emotie is het antwoord om de oude, belastende energie los te laten. Bepaalde herinneringen kunnen pijnlijk of verdrietig blijven, maar de scherpe randjes gaan er vaak wel vanaf.
Wat een familieopstelling kan doen
Als je als volwassene vaak met secundaire emoties kampt, heb je je vermoedelijk nog iets aan te kijken in je familiesysteem. Een familieopstelling laat zien op welke plek je staat en hoe je je verhoudt tot je omgeving. Onvervulde behoeften en primaire emoties wordt zichtbaar en tastbaar. Er worden zinnen uitgesproken die de verhoudingen en verantwoordelijkheden in het systeem weer ‘in orde’ brengen.
De realiteit aankijken geeft kracht
Door de realiteit aan te kijken, je gevoelens toe te laten en door te ademen, ben je in staat om in het hier en nu een primaire emotie te doorleven. Zo draagt een opstelling bij aan de verwerking van de situatie die tot de secundaire emotie heeft geleid.
De opstelling van Eva
“Wat kan je boos zijn op een poppetje”, verzuchtte Eva. Ze had het poppetje opgesteld voor haar moeder. Eva vertelde dat ze opgroeide als oudste in een gezin van vijf kinderen. Haar moeder leek gebukt te gaan onder de zorg voor haar kinderen. “Ik wilde mijn moeder helpen”, vertelde ze.
Veel van ons zullen deze reflex herkennen. Als kind voelen we haarfijn aan wanneer iets of iemand in de familie in onbalans is en gaan we vanuit onze kinderlijke liefde ‘helpen’.
Een flinke meid
Hoewel Eva geprezen werd omdat ze zo flink was, was het op de lange duur niet goed voor haar. Met het helpen verliet Eva haar eigen kind-plek en kwam ze innerlijk naast haar moeder te staan. Deze plek gaf haar grootte en verantwoordelijkheid, maar beroofde haar ook van haar kind-zijn. Eva’s hulp was ook niet goed voor haar moeder; het maakte haar kleiner en beroofde haar van het moeder-zijn. Door haar moeder te helpen, voelde Eva zich met haar verbonden. Maar ze nam een taak op zich die te zwaar was.
Iets dragen voor een ouder gaat ten koste van de grenzen tussen ouder en kind en zorgt voor verwarring. Naast de grenzeloze liefde die het kind voor de ouder(s) voelt, ontstaat er angst. Bij Eva was het de angst dat het haar moeder allemaal teveel zou worden. Ook kan een kind medelijden of boosheid gaan voelen, omdat het aanvoelt dat papa of mama behoeftig is. Deze verschillende gevoelens wisselen elkaar af en maken een kind onzeker.
De onmacht van de kleine Eva
Eva’s opstelling liet zien dat ze niet op haar eigen plek stond en dat ze een verantwoording was gaan dragen die niet van haar was. De boosheid naar haar moeder was eigenlijk de onmacht van de kleine Eva. De situatie destijds was te overweldigend. Aan de ene kant was er de liefde voor haar moeder en aan de andere kant was er haar pijn en verdriet.
Dit is vaak zo verwarrend dat het gemakkelijker is om dit maar niet te voelen. In plaats daarvan, schieten we in ons hoofd en ontwikkelen we overtuigingen als ‘het ligt aan mij’ of ‘wat ik ook doe, het is niet goed (genoeg)’. Dit vormt de basis voor secundaire gevoelens als boosheid, ontevredenheid, frustratie, eenzaamheid.
“Ik ben de kleine, jij bent de grote”.
Door weer haar eigen plek in te nemen, kon de volwassen Eva weer voelen wat het betekent om ‘de kleine’ te zijn en haar moeder weer als ‘de grote’ te zien. Hiermee werden de natuurlijke grenzen hersteld, en kwam de onderliggende liefde weer vrij.
Heb je last van belemmerende emoties of ‘zit je veel in je hoofd’? Wil je dit graag anders, maar weet je niet hoe? Een opstelling met poppetjes geeft verhelderende inzichten. De beelden laten je gevoel weer spreken. Het is een krachtige manier om wezenlijke antwoorden te vinden, zónder er over na te denken.