“Wat ik ook doe, het is niet genoeg”
Wat hij ook doet, hoezeer hij ook zijn best doet, Edwin heeft steeds het gevoel dat het niet goed genoeg is. Hij ervaart een onrust die hem op een ongezonde manier voortdrijft, waardoor hij zichzelf voortdurend overvraagt.
Verborgen belemmeringen
Edwin vertelt dat hij niet echt de vinger kan leggen op zijn onrust. Als ik hem vraag wat hij graag zou willen, antwoordt hij dat hij ‘de dingen graag een plek wil geven’. Hij verlangt naar rust en vrijheid.
Onbegrepen gevoelens of hardnekkige patronen zijn vaak terug te voeren op de onlosmakelijke verbinding met onze familie en de familiegeschiedenis.
In een familiesysteem werken bepaalde wetmatigheden die van invloed zijn op ons leven:
- Ieder familielid heeft een eigen plek en hoort erbij. Niemand mag worden uitgesloten.
- Er is sprake van een natuurlijke ordening: van oud naar jong.
- Er is een uitwisseling in geven en nemen: ouders geven, kinderen nemen.
Als deze in wetmatigheden in balans zijn, gaat het goed met ons. Als deze wetmatigheden om wat voor redenen dan ook geschonden worden, leidt dit tot dynamieken die ons onbewust beïnvloeden.
Met behulp van een familieopstelling kunnen de verborgen patronen en dynamieken zichtbaar gemaakt worden.
Je levensplek leren kennen
In het gezin van Edwin werden vijf kinderen geboren, van wie er twee zijn overleden; het tweelingbroertje van Edwin en zijn op één na jongste zusje. Ik laat hem het gezin opstellen door middel van poppetjes.
In de familieopstelling staan drie kinderen tegenover hun ouders: Edwin, zijn oudere broer en zijn jongere zusje. Edwin heeft het poppetje voor zichzelf op de plek van het oudste kind gezet. Hij staat daarmee (als tweede kind) niet op zijn eigen plek. De twee overleden kinderen staan bij de moeder.
Zijn ogen zijn strak op zijn moeder gericht. “Ze was vaak zo verdrietig”, zegt hij. Als kind voelde hij dit haarfijn aan en was zijn impuls om haar te helpen. Daarmee heeft hij zich innerlijk groter gemaakt en is hij op de eerste plek gaan staan. Dit is een beweging vanuit liefde, maar ook vanuit de kinderlijke illusie dat hij zijn moeder zou kunnen ontlasten.
We onderzoeken hoe Edwin zich rustiger en vrijer zou kunnen voelen. Als hij zijn poppetje op zijn eigen plek in de kinderrij neerzet, kan hij zijn levensplek leren kennen. Vanaf deze plek kan hij zichzelf weer als ‘de kleine’ ervaren en zijn moeder als ‘de grote’ zien.
Dan blijkt dat Edwin het beeld nog niet echt kan toelaten. Hij fixeert zich op zijn overleden broertje en zusje. Ik reik hem een aantal zinnen aan die hij op zich in kan laten werken. Wanneer de kleintjes naar hem uitspreken “het was ons lot om te sterven” en “leef je eigen leven”, raakt hem dit heel diep.
Systemische zinnen resoneren in onze ziel. De juiste woorden verhelderen een emotionele verstrikking en brengen iets in beweging.
Edwin slaakt een lange zucht. Zijn kaken ontspannen en zijn kin zakt een beetje. Dan zegt hij: “ik mag mijn eigen leven leiden. Het is goed zo”.
Alleen je eigen rugzak dragen
Een belangrijk systemisch uitgangspunt is dat ieder mens in staat is om zijn of haar eigen rugzak te dragen. Ook al is het soms een zware rugzak. Als je echter naast je eigen rugzak ook nog iets voor iemand anders gaat dragen, kan het teveel worden. Ook bestaat dan de kans dat jij dan op jouw beurt een deel van jouw last doorgeeft.
Op deze manier kan een patroon ontstaan, waarbij van generatie op generatie iets wordt doorgegeven. Zoals bijvoorbeeld iets dragen voor een ander.
Vanaf je levensplek ben je vrij om je eigen weg te gaan.
Iedereen in een systeem heeft een eigen plek. Iedere plek heeft een eigen rol, met daarbij passende taken:
- Een ouder heeft de ouderrol, met de taak om vader of moeder te zijn.
- Een kind heeft een eigen plek als eerste, tweede, derde kind, et cetera, met de taak om kind te zijn.
Als kind zijn we geneigd om iets te gaan dragen wanneer we aanvoelen dat er bij de ouders of in het familiesysteem iets niet ‘in orde’ is. Hiermee verlaten we onze levensplek. Eenmaal volwassen, staan we vaak innerlijk niet op onze plek, waardoor we problemen kunnen ervaren op verschillende levensgebieden.
Misschien herken je wel het verlangen om ‘in je kracht te staan’, om ‘dichter bij jezelf te komen’, om ‘je eigen ding te doen’ of om ‘de dingen een plek te geven’. Dit kun je zien als uitingen van het innerlijk zoeken naar de eigen plek.
Als je je losmaakt van emotionele verstrikkingen, ben je niet langer gebonden. Je bent dan in staat om steeds meer je eigen weg te gaan, vanuit de verbinding met wat er is.
Door middel van een opstelling leer je wat jouw levensplek is. Deze ervaring gaat veel verder dan je zou kunnen bedenken.
- Zit je vast in een relatie die niet goed voor je is?
- Voel je je vaak schuldig of overvraag je jezelf?
- Wil je van een onbestemd gevoel af?
- Wil je anders leren omgaan met hardnekkige patronen?
- Heb je een andere vraag?
Ik vertel je graag meer over de mogelijkheden van een individuele opstelling.